De pop-up gerechtsdeurwaarders
Enige tijd geleden lanceerden de gerechtsdeurwaarders voor het Brusselse de zogenaamde 'pop-up gerechtsdeurwaarder'. Mensen konden dan in de lokalen van bijvoorbeeld het OCMW terecht om gratis advies te krijgen van een (kandidaat) gerechtsdeurwaarder. Wat later werd dit dan uitgebreid voor Antwerpen. Iets voor kandidaat-gerechtsdeurwaarders die zich op deze manier kunnen profileren? Gaandeweg blijkt het initiatief meer en meer navolging te krijgen en blijken zowel de schuldenaren als de gerechtsdeurwaarders hun nek uit te steken.
Zelf moet ik toegeven verder ook zeer sceptisch te zijn geweest tegenover het hele verhaal. Het kan toch onmogelijk de taak zijn van de gerechtsdeurwaarder om de rol van het OCMW over te nemen of die van een advocaat? Het is toch 'not done' om een gerechtsdeurwaarder gratis advies te laten geven aan een schuldenaar?
Dus ja, het klopt, een (enorme) mentaliteitswijziging is aan de orde, maar we mogen niet verwachten dat iedereen zich kan of wil engageren en gerechtsdeurwaarders hebben verder echt wel wat anders te doen. Angst voor verandering sluipt in de rangen, zo ook wanneer het bijvoorbeeld gaat over het gebruik van al dan niet vereenvoudigd taalgebruik zoals het 'project kruid' van de Hoge Raad voor Justitie.
Maar de nieuwe generatie lijkt enthousiast dus dat is allemaal goed nieuws voor de toekomst. Zelf participeer ik nu ook een paar maand aan het project. Mijn enthousiasme is groot! Waarom? Wel omdat hier het spreekwoordelijke 'geen enkele vraag is een stomme vraag' echt wel van toepassing is en wie naar de afspraak komt heeft tenminste interesse om zijn of haar probleem of problemen op te lossen in plaats van zoals helaas zovelen 'de kop in het zand te steken'.
Sommigen hopen dan precies wel dat ik het probleem kan wegtoveren, maar een vonnis waarvoor de verzetstermijn is verlopen, daar valt niets meer aan te doen. Wat ik dan wél kan doen is kleine geheimpjes verklappen zoals 'weet u wel dat die gerechtsdeurwaarder al heel blij zal zijn als u hem eens een mailtje stuurt want dan wéét hij tenminste dat u ongerust bent en het probleem wilt oplossen'. Soms kijkt de toehoorder dan naar mij alsof ik het warm water heb uitgevonden maar op het eind van het gesprek of de 'consultatie' zo u wil, krijg ik altijd weer opnieuw een vrolijk gezicht te zien en een stevige handdruk. Maar weet mevrouw of mijnheer, ik heb het bij deze voor u wel degelijk niet opgelost, dat zal u echt wel zelf moeten doen!
Op het einde van de avond voel ik mezelf ook ietwat voldaan. Er zijn dan immers mensen effectief geholpen of minstens met een gevoel van waardigheid huiswaarts gekeerd. Dat ik dat buiten mijn drukke werkdag nog kon doen geeft voldoening in het kwadraat.
Wordt hopelijk vervolgd!